Droge schuimpjes

Doe suiker en water in de pan en laat de suiker op laag vuur onder af en toe roeren oplossen. Verhit de suikerstroop tot 118°C (of in jargon: 'slappe bal'. Laat een druppel van de suikerstroop in koud water vallen. Hij vormt dan een zacht balletje). Klop ondertussen de eiwitten stijf met eventueel een paar druppels vanille-essence. Giet, zodra de suikerstroop 118°C heeft bereikt, deze onder voortdurend kloppen bij het eiwitschuim. Blijf kloppen tot het meringueschuim zo stijf is dat een kerf met een mes erin blijft staan.
Verwarm de oven voor op 90°C.
Lepel toefjes van dit schuim op bakpapier of spuit er rondjes, kattentongen, gladde schuimpjes, gegroefde schuimpjes, schuimbakjes of kransjes van. Of modelletje lange vinger om in een charlotte te kunnen verwerken.
Bak de meringeus ongeveer een uur in de oven (of (veel) langer). als he tgoed is, rijzen ze niet en zakken ze niet uit. Ze drogen alleen maar. Ze zijn nog buigzaam als ze warm zijn , maar worden knapperig en beekbaar als ze zijn afgekoeld. Laat de meringues op de bakplaat afkoelen.