Week de abrikozen en de krenten een nacht in water waaraan het gembersap is toegevoegd. Kook ze vervolgens in het weekvocht gedurende 20 minuten.
Zet de drumsticks een uur in het citroensap.
Hak de muntblaadjes en snipper de sjalotten.
Verhit 3 eetlepels olijfolie in een pan en fruit hierin de sjalotten. Voeg de bloem toe en giet de bouillon erbij. Breng al roerend aan de kook.
Voeg het citroensap, de kandijsuiker, zout en peper toe aan de saus. Laat de saus even doorkoken. Dep de drumsticks droog.
Verhit 1 dl olijfolie in een pan en bak hierin de drumsticks aan alle kanten bruin. Giet wat weekvocht van de abrikozen erbij en smoor het geheel met het deksel op de pan in 10 minuten gaar. Meng dit braadvocht door de saus.
Leg de drumsticks op een voorverwarmde schaal, de abrikozen en de krenten rondom en giet de saus erbij. Bestrooi met fijngehakte muntblaadjes.