Verwarm de karnemelk met de boter of margarine, tot de vetstof gesmolten is. Vermeng het tarwemeel met de gist, een mespunt zout en de suiker. Schenk er de melk bij en bewerk tot een homogeen deeg. Laat het, afgedekt, 30 min. rijzen.
Pel de uien, snij ze doormidden en snij de helften in fijne ringen. Bak de spekblokjes uit in een pan met anti-aanbaklaag zonder vetstof. Voeg er de uiringen aan toe en laat ze een paar minuten meebakken.
Spoel de appels, verwijder klokhuis en pitten met een appelboor. Snij een appel in partjes en de andere in blokjes. Vermeng de appelblokjes met de uien en het spek, de afgeriste tijm en de fijngehakte marjoleinblaadjes.
Klop de eieren los met de room, peper en zout. Vet een springvorm (18 cm diam.) in en bestuif bodem en wanden met bloem. Kneed het deeg nog eens goed door. Druk het uit in de vorm en druk het tegen de wand aan.
Schep de vulling op de taartbodem. Schik bovenop de appelpartjes. Schenk er het ei-roommengsel bij. Bak de taart ca. 50 min. in de op 170°C voorverwarmde oven. Dek de taart na 1/2 uur evt. af met alufolie zodat de bovenkant niet zwartblakert.