Snij het brood in stukken en laat het weken in 25 ml melk. Pel en snipper de uien. Meng de helft ervan met het gehakt, samen met het ei, de helft van de tijm en de dadels. Kruid met peper en zout. Vorm er balletjes van en laat even opstijven in de koelkast.
Maak het witloof schoon en stoof het op een zacht vuur in boter aan. Bestrooi met suiker en laat karamelliseren.
Schil de aardappelen en kook ze gaar. Pureer met de rest van de melk en een flinke klont boter. Breng op smaak met nootmuskaat, de rest van de tijm, peper en zout.
Smelt voor de saus boter in een steelpannetje en fruit de rest van de ui erin glazig. Voeg de vleesfond en Luikse siroop toe. Laat 30 min. stoven zonder deksel op de pan voor een stroperige saus.
Bak de balletjes goudbruin in hete boter en laat 10 min. op zacht vuur verder garen. Serveer met de saus, de puree en het gestoofd witloof.