1. Vermeng de bloem met het amandelpoeder, 160 g harde boter in stukjes en 80 g suiker. Kneed tot een kruimelig deeg. Verpak de deegbal in aluminiumfolie en zet hem 1 uur in de koelkast.
2. Pers de citroenen uit. Rasp de schillen, weeg 35 g af. Verwarm het sap met de geraspte schil, 65 g boter en 220 g suiker 3 tot 4 minuten op een zacht vuurtje, tot de boter gesmolten is.
3. Voeg er, van het vuur af, een na een de eieren aan toe. Zet weer op het vuur en laat al roerend 2 minuten zacht koken. Laat de lemon curd afkoelen.
4. Beboter een bakvorm van 22-24 cm diameter. Rol het deeg dun uit op een met bloem bestoven werkvlak. Leg het in de vorm. Prik het hier en daar in met een vork. Bak 20 minuten op 200° C. Ontvorm en laat afkoelen op een rooster.
5. Schep de lemon curd in de afgekoelde taartbodem. Strijk de bovenkant glad met een spatel. Werk af met gehalveerde aardbeien. Bestuif met gezeefde bloemsuiker.