Meng in een grote kom de bloem, het bakpoeder, de donkerbruine kandijsuiker, de vanillesuiker, 1 theelepel geraspte citroenschil, de speculaaskruiden door elkaar en snijd de koude boter erdoor tot erwtgrote stukjes.
Kneed het mengsel tot een samenhangend deeg en leg dat, verpakt in plastic folie, minstens 2 uur in de koelkast om op te stijven.
Verwarm de oven voor.
Prak de amandelspijs met het citroensap en 1/2 ei tot een smeuïge massa, maar zorg ervoor dat de vulling niet te nat wordt.
Beboter de ovenschaal.
Rol 2/3 deel van het deeg uit tussen twee stukken plastic folie en bekleed de vorm ermee.
Verdeel de amandelspijs erover en dek die af met de rest van het uitgerolde deeg. Druk de randen van het deeg goed aan, maak met een mespunt een ruitversiering op het deegdeksel en bestrijk de taart met de rest van het losgeklopte ei.
Strooi er tot slot het amandelschaafsel op.
Zet de taart iets onder het midden in de voorverwarmde oven en schakel er de magnetron ca. 12 minuten bij in op 150/240 Watt.