Hak alle noten in een keukenmachine tot ze op grof broodkruim lijken. Roer de noten in een droge koekenpan met zware bodem op laag vuur tot ze bruin worden. Omdat noten snel aanbranden kunt u ze beter iets te kort dan te lang roosteren. Haal ze van het vuur en roer de boter en suiker erdoor. Laat het notenmengsel afkoelen.
Hak de chocolade met een scherp mes even fijn als de noten en roer haar door het notenmengsel.
Pak het filodeeg uit en leg het op een schoon werkvlak. Laat de plakken elkaar overlappen en maak een rechthoek van 90 x 65 cm.
Verwarm de oven voor op 180°C.
Verdeel de vulling gelijkmatig over het deeg en rol het voorzichtig op. Leg de rol in een hoefijzervorm in de voorbereide braadslede en stop de uiteinden onder de rol.
Bak de strudel ca. 25 minuten in de oven of tot de bovenkant krokant en lichtbruin is. Haal de strudel uit de oven en laat hem in de braadslede afkoelen terwijl u de siroop maakt.
Verhit voor de kaneelsiroop langzaam de suiker en 100 ml water in een steelpan met zware bodem; roer regelmatig tot de suiker is opgelost. Breng de siroop aan de kook en voeg het kaneelstokje, het citroensap en de honing toe en laat het mengsel 10 minuten sudderen tot het stroperig wordt. Laat de siroop 5 minuten afkoelen, verwijder het kaneelstokje en schenk de hete siroop over de strudel. Laat de strudel de siroop absorberen en snijd hem in dikke plakken.
Serveer ze met (veel) slagroom.