Source: Ria van Eijndhoven | |
Prep time: 1 uur |
Wildzwijnsbout met een kersen-kaneelsaus
Laat de kersen goed uitlekken en vang het vocht op.
Meng in een grote kom de rode wijn, de geplette jeneverbessen, het laurierblad, het kaneel, de peperkorrels, en het citroensap en leg het vlees erin. Laat dit afgedekt ongeveer 8 uur staan op een niet al te koude plek. Neem daarna het vlees uit de kom, dep het droog en wrijf het in met zout en peper.
Verhit 40 gram boter in een grote pan en braad het vlees hierin rondom mooi bruin, voeg dan de helft van de gezeefde marinade en water toe. Breng dit aan de kook en laat het geheel met het deksel op de pan in ongeveer 45 minuten gaarstoven in een tot 175 °C voorverwarmde oven.
Zeef het braadvocht en bewaar dit voor de saus en houd het vlees apart.
Verhit 20 gram boter in de pan en voeg de bloem erbij, roer goed tot er een glad papje ontstaat. Voeg dan in één keer de jus erbij en blijf goed roeren, laat dit 2 minuutjes zachtjes doorkoken.
Schenk dan het kersensap en het citroensap erbij en breng verder op smaak met de kaneel en de suiker, verwarm de saus goed door en voeg ten slotte de room en de kersen toe.
Snijd de bout op een vleesplank in plakken en leg deze in een voorverwarmde schaal, giet de kersensaus eroverheen en serveer het geheel met rozetten aardappelpuree.
Houd rekening met de marineertijd van het vlees.