Wrijf de zalmfilets in met een mengsel van zeezout, basterdsuiker en dille. Laat 30 minuten intrekken, spoel af en dep droog.
Bestrijk de filets met een beetje olie.
Strooi een dun laagje zaagsel op de bodem van het rookoventje en bekleed het plaatje met alufolie. Vet dat lichtjes in met olie.
Leg de zalmfilets op de plaat en sluit het trommeltje. Zet dit op een hoge gaspit en rook de zalm drie tot vijf minuten. Laat het trommeltje even staan.
Rooster de boterhammen en verwijder de korsten.
Pocheer de eieren 2 minuten in water dat tegen de kook aan is en waaraan een scheut azijn of witte wijn is toegevoegd. Laat ze uitlekken op een theedoek en knip ze bij.
Leg de zalmfilets op de geroosterde boterhammen en schik de gepocheerde eieren erop.
Bestrooi met zout en peper en garneer met een takje dille.